Natuurbeheerders

Zammelsbroek

Situering

In het meest zuidelijk gedeelte van Geel, aan de grens met Westerlo, mondt de Grote Laak uit in de Grote Nete. Hier begint het Zammelsbroek, een ‘rivierbegeleidend laagveengebied’.  Er wordt aangenomen dat zich op deze bodem, na de laatste ijstijd, zo’n 10 000 jaar geleden, een broekbos ontwikkelde.  Vanaf de zevende eeuw begon de mens er aan landbouw te doen.  Het bos werd geleidelijk aan gekapt en afgebrand en er ontstonden beemden die in de droge zomermaanden gebruikt werden als weidegrond voor het vee. De beemden werden overwegend gemeenschappelijk gebruikt, volgens de aloude geplogenheid van ‘gemeenschappelijk weiden in het gemeynbroek’.  Later werden ze in de zomer gehooid: in het begin van de twintigste eeuw was het vanaf half mei tot half augustus verboden het broek te betreden; na die periode werd het hooi publiek verkocht.  Nog later kwamen de meeste gronden in privé-bezit en ontstond er een uitgebreide lappendeken van voornamelijk hooilandjes.
Van de middeleeuwen tot het begin van de twintigste eeuw werd er veen gedolven en van 1895 tot rond de Tweede Wereldoorlog werd er moerasijzererts ontgonnen.  Beide activiteiten zorgden ervoor dat zich verschillende grote vijvers, kleinere poelen en moerassige zones in het broek ontwikkelden.
Sinds de Tweede Wereldoorlog werd ten gevolge van ontwikkelingen in de landbouw (schaalvergroting, steeds grotere en zwaardere machines) het gebruik van natte hooilandjes geleidelijk aan verlaten.  Een deel kwam braak te liggen waardoor verruiging en verbossing optrad.  Een ander deel werd gebruikt als populierenplantage en de vroegere vijvers werden ingericht als visvijver, vaak met een weekendverblijf erbij.

Recente geschiedenis

In een ‘Landschapsinventaris van het gewest Herentals-Mol’ die werd opgesteld in 1975 kwam het gebied uitvoerig aan bod.  Het Buitenbroek werd als biologisch zeer waardevol gecatalogeerd, omwille van de moerasvegetaties naast schrale, kruidenrijke hooilanden en verschillende types van struwelen en hakhoutbosjes.  Het gebied tussen de beide Nete-armen in Oosterlo, dat sedert vele jaren stabiel was gebleven, werd omschreven als biologisch uiterst waardevol tot uniek.  De valleiflanken met hun voedselarme naaldbossen en de in het agrarische landschap verspreid liggende houtkanten, heggen en bomenrijen werden beschouwd als biologisch belangrijk.  
In die periode gingen natuurliefhebbers uit Geel en uit omliggende gemeenten zich voor de vallei interesseren.  Ze begonnen ze er de planten, de vogels, de zoogdieren, de amfibieën en de reptielen gedurende enkele jaren te inventariseren.  Uit de verzamelde gegevens bleek dat het Zammelsbroek zeer belangrijk was voor broedvogels.  Tevens herbergde het een opmerkelijke reeënpopulatie. 
In 1978 kregen de Kalvarieberg en de nattere gronden van de Netevallei op het gewestplan een bestemming als natuurgebied.  Nabij Oosterlo en aan de grens met Laakdal werden de gronden ingekleurd als agrarisch gebied.
In 1982 stelde de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen voor om het hele gebied te beschermen als landschap.  Voor de studie die aan dit beschermingsvoorstel voorafging werden de flora en de fauna van het gebied (in 1981) opnieuw geïnventariseerd.  Een vergelijking van de opnamen voor deze studie met die van de natuurliefhebbers van enkele jaren voordien, wees uit dat het Zammelsbroek in een korte tijdspanne veel van zijn floristische en vegetatiekundige diversiteit had verloren.  Veel hooilanden lagen er verlaten bij zodat ze erg verruigden, en door nivellering was een grasland verdwenen met gevlekte orchis, klokjesgentiaan, dopheide, stekelbrem en blauwe knoop.  Men kwam tot de conclusie dat de vigerende wetgeving onvoldoende waarborgen bood voor het behoud van het Zammelsbroek als natuurgebied.  Zelfs een wettelijke bescherming als landschap zou het basisprobleem niet oplossen, met name het ontbreken van een actief botanisch beheer. 
Op het einde van 1986 kochten De Wielewaal en het Koninklijk Belgisch Verbond voor de Bescherming van Vogels (KBVBV) hun eerste hooilandpercelen aan in het Buitenbroek.  Zij kregen hiervoor steun van het enkele jaren voordien opgerichte Van Nature Uit - de Geelse natuurgidsen -, en van de Natuurvereniging van Laakdal.  De uitbouw van een tweede natuurreservaat in Geel (na de Zegge) was gestart.  Een werkgroep samengesteld uit leden van de verenigingen zou zorgen voor het beheer.  De afdeling Nete en Aa van De Wielewaal nam zich voor om in de toekomst een actieve aankooppolitiek te voeren. 

Het Sigmaplan en andere bedreigingen

In 1988 werd het Sigmaplan uitgevoerd.  Dit plan, dat in 1977 voor het eerst door de nationale regering werd uitgewerkt na de overstromingsramp tijdens de jaarwende in Klein-Brabant, omvatte grootschalige werken voor de beveiliging van het Zeescheldebekken tegen stormvloeden vanuit de Noordzee.  Voor de Grote Nete in het Zammelsbroek hield het in dat de dijken (in zoverre je voordien al over dijken kon spreken) met een paar meter werden opgehoogd en de rivier ongeveer een meter werd uitgediept.  Dit had grote gevolgen voor de waterhuishouding.  De vallei werd afgesloten van de rivier zodat overstromingen bij hoge waterstand vanaf toen niet meer mogelijk waren.  Door de uitdieping zakte ook het grondwaterpeil.  Kort na de ingreep daalde het peil tot meer dan 1 meter onder het maaiveld.  Later verbeterde dit wel maar men kan alleszins zeggen dat het Sigmaplan een verdroging van de vallei tot gevolg had.  Dit leidde tot een gedeeltelijke mineralisatie van de veenlaag en dus tot aanrijking of eutrofiëring van de bodem, wat op zijn beurt mede oorzaak was van een versnelde verbossing.
Het gebied bleef ook niet gespaard van de verontreiniging die afkomstig is van de Grote Laak.  Vroeger bestond die vervuiling ook uit zware metalen (o.a. cadmium en arseen) maar tegenwoordig gaat het bijna uitsluitend over niet-giftige zouten (vooral calciumchloride) in zulke hoge concentraties dat men van brak water zou mogen spreken. 

Nieuwe kansen voor het Zammelsbroek

Omdat het Zammelsbroek ondanks alles toch nog rijk en belangrijk is ontstond bij het beheerteam van Natuurpunt - Natuurpunt was ondertussen was ontstaan uit het samengaan van Wielewaal en Natuurreservaten-  het idee om de natuur dichter bij de mensen te brengen, en zo een maatschappelijke meerwaarde te creëren.  Daarom ontsloot het de laatste jaren het gebied nog meer dan vroeger.  In 2005 werd een educatief knuppelpad aangelegd en enkele jaren later werden nieuwe wandelpaden opengesteld, die geïntegreerd werden in het wandelnetwerk ‘de Merode’.  Getuigen van het succes op dit vlak zijn de velen die tegenwoordig vanuit Oosterlo of Zammel vertrekken om te genieten van de natuur langs de oevers van de Grote Nete.  In 2013 werd, samen met het Medisch Pedagogisch Instituut (MPI) te Oosterlo, een speel- en rustzone aangelegd.  Ze bestaat uit een nieuw ‘multi-sensorieel’ wandelpad met belevingspunten (o.a. een wigwam en een zitbank van gevlochten wilgentenen) en een brug over de Molenlaak. 
Voor de nabije toekomst is de uitvoering van het geactualiseerde Sigmaplan voorzien: een project van de Vlaamse overheid dat tot doel heeft om in het Schelde-estuarium bijkomende veiligheids- en natuurgebieden te realiseren.  Omdat het plan niet alleen beveiliging tegen overstroming door springvloeden maar ook de beveiliging tegen overlast in de vallei door bovenafvoer beoogt, werd de vallei van de Grote Nete tussen Itegem en het Zammelsbroek in het werkingsgebied opgenomen.  De kern van het plan is dat gebieden geselecteerd worden waar de rivier wél mag overstromen.  Het Zammelsbroek is één van die geselecteerde gebieden.  Het werd aangeduid omdat het zich leent om de vallei van de Grote Nete opnieuw haar natuurlijk karakter ‘aan te meten’.  Dat gebeurt door de winterbedding te herstellen, het lage waterpeil in het voorjaar te verhogen door drempels op de bodem van de rivier aan te brengen, en door opnieuw open verbindingen tussen de Grote Nete en haar zijwaterlopen te creëren.  De bedoeling is dat de rivierdijk op welgekozen plaatsen lokaal zal worden verlaagd, zodat het water opnieuw ruimte krijgt.  Laaggelegen gebieden zullen waar nodig met een plaatselijke dijk worden afgeschermd, zodat wegen en huizen niet overstromen.
Voor de toekomst van het Zammelsbroek zijn er dus tekenen van hoop. 

Wil je de aankopen door Natuurpunt in dit natuurgebied steunen ?
Giften voor de aankoop  van gronden in Zammelsbroek zijn welkom op rekening 293-0212075-88 met vermelding van de naam en het nummer van het project :
7067 – Zammelsbroek (Geel)

Contact

dirk.deschutter@hotmail.com